Nederlands

 
Boswilg (Salix caprea)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wil·gen·fa·mi·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wilgenfamilie wilgenfamilies
verkleinwoord wilgenfamilietje wilgenfamilietjes

Zelfstandig naamwoord

de wilgenfamiliev

  1. (bloemplanten) een familie Salicaceae   van tweezaadlobbige planten. In traditionele zin telde deze familie twee à drie geslachten, waarvan in Nederland en België twee geslachten voorkomen: wilg (Salix  ) en populier (Populus  ). Wereldwijd zijn er circa driehonderd soorten wilgen en circa vijfendertig soorten populieren. Volwassen wilgen komen voor als kruipplanten van 5 cm hoog, struiken en bomen tot 25 m hoog
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)


Gangbaarheid

Meer informatie