weerpresentator
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weer·pre·sen·ta·tor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van weer en presentator
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | weerpresentator | weerpresentatoren weerpresentators |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de weerpresentator m
- (beroep) (meteorologie) iemand die op televisie/radio in een weerbericht vertelt wat voor weer het gaat worden in de komende dagen
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'weerpresentator' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.