weerkundige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: weerkundige (hulp, bestand)
Woordafbreking
- weer·kun·di·ge
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van weerkundig met het achtervoegsel -e
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | weerkundige | weerkundigen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) iemand die beroepsmatig het weer bestudeert
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. iemand die beroepsmatig het weer bestudeert
|
Bijvoeglijk naamwoord
weerkundige
- verbogen vorm van de stellende trap van weerkundig
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord weerkundige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.