vroom
- vroom
- In de betekenis van ‘godvruchtig’ voor het eerst aangetroffen in 1567 [1]
- van Middelnederlands vrome [2][3]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vroom | vromer | vroomst |
verbogen | vrome | vromere | vroomste |
partitief | vrooms | vromers | - |
vroom
- (religie) godsdienstig in opvatting en manier van leven
- ▸ De tweede werd geboren in de zesde eeuw. Eigenlijk was hij een zeer eenvoudige monnik, die later abt werd van het klooster in Myra. Een bijzonder vrome man, die door zijn gebed de mensen kon genezen. Hij overleed op 10 december van het jaar 564.[4]
- ▸ Heiligen zijn gewone mensen die een vroom en voorbeeldig leven hebben geleid. Als ze door de Kerk heilig zijn verklaard, bevinden ze zich dicht bij God en kunnen een goed woordje bij Hem doen. Gelovige katholieken bidden op hun voorspraak en hopen dat door die tussenkomst hun gebed wordt verhoord.[5]
- Het woord vroom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vroom" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "vroom" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ vroom op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat , p. 10
- ↑ Weblink bron Liedeke Morssinkhof“Priester Titus Brandsma morgen heilig verklaard, genezen Amerikaan is erbij” (14 mei 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be