• voor·schrift
enkelvoud meervoud
naamwoord voorschrift voorschriften
verkleinwoord voorschriftje voorschriftjes

het voorschrifto

  1. een geschreven instructie die men te volgen heeft
    • Hij heeft beide voorschriften niet gevolgd. 
    • Het niet volgens voorschrift innemen van medicijnen vermindert de effectiviteit en werkt resistentie van het virus in de hand.[1] 
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  1. NRC Sander Voormolen 10 januari 2018 Alle medicijnen in één pil
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be