• ver·los·sing
  • Naamwoord van handeling van verlossen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord verlossing verlossingen
verkleinwoord - -

de verlossingv

  1. (religie) de bevrijding van de gevolgen van de zonden van de mens door het geloof in Jesus
    • De kruisdood op Golgotha bracht ons allen de verlossing. 
  2. bevrijding
  3. bevalling
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be