Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vals·mun·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord valsmunter valsmunters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de valsmunterm

  1. crimineel die vals geld maakt en gebruikt alsof het echt is
    • De G20 lijkt erop te zijn gespitst om multinationals dit criminele gedrag moeilijker te maken. De reactie van de grootste bedrijven ter wereld is louter een winstwaarschuwing dat zij, als gevolg van de aangescherpte wetgeving, een lastenverzwaring van enkele honderden miljarden euro’s op zich zien afkomen. Wat mij een beetje in de oren klinkt als een valsmunter die na zijn arrestatie een schadevergoeding bij het OM indient wegens broodroof. [1] 
    • Donderdag meldde zich bij De Telegraaf een zakenman uit Alicante die ook het slachtoffer is geworden van de bende criminelen. De Belg had zijn autogarage in Spanje op internet aangeboden en sprak meerdere keren met de valsmunters over een eventuele verkoop van zijn bedrijf. [2] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

63 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. De Telegraaf 26 aug. 2013 Morele crisis
  2. De Telegraaf BJORN THIMISTER 15 nov. 2013 Bende valsmunters in Europa actief
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be