• uit·rus·tings·stuk
enkelvoud meervoud
naamwoord uitrustingsstuk uitrustingsstukken
verkleinwoord uitrustingsstukje uitrustingsstukjes

de uitrustingsstukv

  1. (militair), (techniek) elk van de zelfstandig bruikbare bestanddelen van een wapenrusting, scheepsuitrusting of van een werktuig
    • In het gras lag een uitrustingsstuk van een graafmachine, en wel een zg. slotenbak.