Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tijd·slot
Woordherkomst en -opbouw
[A] enkelvoud meervoud
naamwoord tijdslot tijdsloten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

[A] het tijdsloto

  1. afsluitmechanisme van een kluis of ruimte waarin een of meer uurwerken zijn verwerkt zodat het na opening met sleutel of code pas ontgrendelt na een bepaalde tijd
     Ze dachten waarschijnlijk dat hij zijn dagomzet bij zich had, maar dat stadium van naïviteit is deze ondernemer allang voorbij. Hij roomt zijn kassa regelmatig af en stopt tussentijds geld in de kluis met tijdslot, zijn geld gaat nooit rond hetzelfde tijdstip zijn winkel uit.[2]
     Maar ik maakte me toch zorgen, en ik was opgelucht toen ik eindelijk weer kon vertrekken, weg uit dat benauwde appartement met die zware, sponzige tapijten, weg uit die luxegevangenis met tijdsloten op de deuren, weg van Paranoia City waar je via televisieschermen met mensen moest praten.[3]
Vertalingen
[B] enkelvoud meervoud
naamwoord tijdslot tijdslots
verkleinwoord

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie in deze betekenis.

Zelfstandig naamwoord

het tijdsloto

  1. afgebakende periode waarbinnen men recht op iets heeft, zoals toegang tot een tentoonstelling of zendtijd in een reclameblok
     Volgens TUI heeft het ministerie ’grote steken’ laten vallen. „Alle gaatjes op Schiphol moeten worden gevuld, bijvoorbeeld met niet gebruikte tijdslots uit de winterperiode. Na 2020 kunnen er makkelijk 50.000 vluchten bij binnen de normen.”[4]
     De Super Bowl is de finale van het American Football-seizoen en het grootste eendaagse sportevenement in de Verenigde Staten. Reclamespotjes rondom de nationale uitzending van NBC kosten zomaar $5 miljoen, maar zoveel kon Stephen Eimers niet betalen. De man gokt erop dat president Trump de wedstrijd bekijkt vanaf zijn golfresort in Mar-a-Lago en heeft een tijdslot gekocht op een lokaal netwerk: voor $1000.[5]
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Bas Blokker
    “In de donkere dagen neemt de kans op een overval weer toe” (17 november 2017) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron De lijstenmaker in: Maatstaf. (april 1991), Arbeiderspers, Amsterdam, p. 77
  4.   Weblink bron
    Paul Elderling
    “Reissector is ’gesol’ met vliegtoerist zat” (21 februari 2018) op telegraaf.nl  
  5.   Weblink bron “Vader koopt spotje rond Super Bowl; om Trump te kunnen toespreken” (2 februari 2018) op telegraaf.nl  
  6.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be