theoretiseren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van theoretiseren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		theoretiseren			te theoretiseren
	toekomend		zullen theoretiseren			te zullen theoretiseren
voltooid	tegenwoordig		hebben getheoretiseerd			te hebben getheoretiseerd
	toekomend		getheoretiseerd zullen hebben			getheoretiseerd te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	theoretiserend		getheoretiseerd			ev. theoretiseer	mv. verouderd theoretiseert	theoretisere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	theoretiseer	theoretiseert	theoretiseert	theoretiseert	theoretiseert	theoretiseren	theoretiseren	theoretiseren
verleden (o.v.t.)	theoretiseerde	theoretiseerde	theoretiseerde	theoretiseerde	theoretiseerde	theoretiseerden	theoretiseerden	theoretiseerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal theoretiseren	zult/zal theoretiseren	zult/zal theoretiseren	zult theoretiseren	zal theoretiseren	zullen theoretiseren	zullen theoretiseren	zullen theoretiseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou theoretiseren	zou theoretiseren	zou(dt) theoretiseren	zoudt theoretiseren	zou theoretiseren	zouden theoretiseren	zouden theoretiseren	zouden theoretiseren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb getheoretiseerd	hebt getheoretiseerd	hebt/heeft getheoretiseerd	hebt getheoretiseerd	heeft getheoretiseerd	hebben getheoretiseerd	hebben getheoretiseerd	hebben getheoretiseerd
verleden (v.v.t.)	had getheoretiseerd	had getheoretiseerd	had getheoretiseerd	hadt getheoretiseerd	had getheoretiseerd	hadden getheoretiseerd	hadden getheoretiseerd	hadden getheoretiseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal getheoretiseerd hebben	zal/zult getheoretiseerd hebben	zult/zal getheoretiseerd hebben	zult getheoretiseerd hebben	zal getheoretiseerd hebben	zullen getheoretiseerd hebben	zullen getheoretiseerd hebben	zullen getheoretiseerd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou getheoretiseerd hebben	zou getheoretiseerd hebben	zou/zoudt getheoretiseerd hebben	zoudt getheoretiseerd hebben	zou getheoretiseerd hebben	zouden getheoretiseerd hebben	zouden getheoretiseerd hebben	zouden getheoretiseerd hebben