stroomgeleider
- Geluid: stroomgeleider (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstromɣəˌlɛidər / (4 lettergrepen)
- stroom·ge·lei·der
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stroomgeleider | stroomgeleiders |
verkleinwoord |
de stroomgeleider m
- (natuurkunde) (elektrotechniek) materiaal met een naar verhouding hoog aantal beweeglijke ladingsdragers, waardoor het een elektrische stroom makkelijk doorlaat
- geleider [1]
1. materiaal met een naar verhouding hoog aantal beweeglijke ladingsdragers, waardoor het een elektrische stroom makkelijk doorlaat
- Het woord stroomgeleider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Piet Depuydt“Opeens stijgt de vraag naar tantaal weer” (16 februari 2010) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Dirk van Delft“Chemische transistor stelt aanwezigheid van één antigen vast” (29 juli 2006) op nrc.nl