sekte
- sek·te
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aanhangers van gezindte’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1531 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sekte | sektes, sekten |
verkleinwoord | sektetje | sektetjes |
de sekte v
- (sociologie) (vaak religieuze) groepering die opziet naar een bepaald mens als leider
- Die geheime sekte komt om de maand samen om te vergaderen.
1. religieuze groepering die opziet naar een bepaald mens als leider
- Het woord sekte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sekte" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "sekte" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be