Nederlands

 
skeet
Uitspraak
Woordafbreking
  • skeet
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord skeet
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de skeetm

  1. (sport) kleiduifschieten waarbij de kleiduiven uit twee torens worden geschoten
     Russell Mark neemt voor de zesde maal deel aan de Spelen. Hij won goud in Atlanta (1996) en zilver in Sydney (2000). Echtgenote Lauryn greep in 2004 in Athene net naast eremetaal. Ze werd vierde op het onderdeel skeet.[2]
     De Amerikaanse Kimberly Rhode heeft zondag bij de Olympische Spelen in Londen goud gewonnen op het schietonderdeel skeet. Ze bleef de Chinese Wei Ning in de finale voor. Brons was voor Danka Bartekova uit Slowakije.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

27 % van de Nederlanders;
25 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. skeet op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Schutter Australië mag op Spelen niet met zijn vrouw slapen” (17-07-2012), Tubantia
  3.   Weblink bron “Gouden Rhode pakt medaille op vijfde Spelen op rij” (29-07-2012), Tubantia
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be