schroefspanner

Twee schroefspanners toegepast als wantspanners

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schroefspanner    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schroef·span·ner

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  schroef  en  spanner 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	schroefspanner	schroefspanners
verkleinwoord	schroefspannertje	schroefspannertjes

Zelfstandig naamwoord

de schroefspanner m

1. (techniek) een constructie waarmee aan een draad of kabel de gewenste spanning kan worden gegeven.

   • De stagen van de mast zijn met schroefspanners strak gezet. 

Synoniemen

• draadspanner, spanschroef, spanwartel

Verwante begrippen

• ijzerdraad, prikkeldraad, putting, schrikdraad, staalkabel, stag, stagspanner, tuidraad, wantspanner, wanttalie

Vertalingen

    1. een constructie waarmee aan een draad of kabel de gewenste spanning kan worden gegegven   

Duits: Spannschloss (de) o, Spannschraube (de) o Engels: turnbuckle (en)

Frans: ridoir (fr) m

Gangbaarheid

• Het woord 'schroefspanner' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.