salamander

Niet te verwarren met: Salamander

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  salamander    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌsalaˈmɑndər / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• sa·la·man·der

Woordherkomst en -opbouw

• [1] via Middelnederlands salamander van Oudfrans salamandre of direct uit Latijn salamandra dat teruggaat op Oudgrieks σαλαμάνδρα (salamándra), cognaat met Perzisch سمندر (samandar); in de betekenis van ‘tweeslachtig dier’ aangetroffen vanaf 1287

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	salamander	salamanders
verkleinwoord	salamandertje	salamandertjes

Zelfstandig naamwoord

de salamander m

1. (dierkunde) benaming voor dieren uit de orde Caudata , die met vier poten en een grote staat wel op hagedissen lijken, maar daarvan verschillen door een gladde huid, zonder schubben of haren

   • Wij hebben salamanders in onze vijver. 

   ▸ Een salamander neemt een duik in het heldere water.

Opmerkingen

• [2] Een wormsalamander hoort tot een andere orde, Gymnophiona , en is in de taxonomie dus geen salamander.

Hyponiemen

• zie de categorie: Salamanders in het Nederlands

Verwante begrippen

• [1] kikker
• [1] wormsalamanders

Afgeleide begrippen

• salamanderhaar, salamanderkachel, salamanderkathaai, salamandervisje

Vertalingen

    1. benaming voor dieren uit de orde Caudata   

Afrikaans: salmander (af) Duits: Salamander (de) m Engels: salamander (en) Esperanto: salamandro (eo) Frans: salamandre (fr) v

Italiaans: salamandra (it) v Portugees: salamandra (pt) v Spaans: salamandra (es) v Zweeds: salamander (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord salamander staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "salamander" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

Uitspraak

• IPA: /ˈsæləˌmændɚ/

Woordafbreking

• sal·a·man·der

enkelvoud	meervoud
salamander	salamanders

Zelfstandig naamwoord

salamander

1. (amfibieën) salamander