• cog·naat
enkelvoud meervoud
naamwoord cognaat cognaten
verkleinwoord cognaatje cognaatjes

de cognaatm

  1. (familie) bloedverwant van moederskant
  2. (taalkunde) woord dat van hetzelfde oudere woord afkomstig is
    • Het Russische woord czaar is een cognaat van het Nederlandse keizer: ze stammen allebei af van Caesar in het Latijn.