• (IPA in voorbereiding)
  • rus·le·lie
enkelvoud meervoud
naamwoord ruslelie ruslelies
rusleliën
verkleinwoord ruslelietje ruslelietjes

de rusleliev / m

  1. (bloemplanten) Sisyrinchium bermudiana   een overblijvende plant, die behoort tot de lissenfamilie (Iridaceae  ). De ruslelie komt in Nederland in het wild voor in Twente en is mogelijk verwilderd of een adventief. De plant wordt ook in de siertuin gebruikt. De plant wordt 10-40 cm hoog en heeft een afgeplatte, gevleugelde stengel. De lijnvormige bladeren zijn tot 5 mm breed