• rond·gaan
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
rondgaan
ging rond
rondgegaan
klasse 7 volledig

rondgaan [1]

  1. onovergankelijk in allerlei richtingen gaan
  2. onovergankelijk bij elke persoon of elk voorwerp uit een groep langsgaan
     Welke geruchten over de oorlog in Oekraïne gaan er rond?[2]
  • Met de pet rondgaan
Om geld vragen
97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Nepvideo's van 'overgave' Poetin en Zelensky zijn weinig overtuigend” (28 juni 2022), NU.nl
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be