Nederlands

 
Reuzenbamboe in de Botanischer Garten Berlin  
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • reu·zen·bam·boe
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reuzenbamboe reuzenbamboezen
verkleinwoord reuzenbamboetje reuzenbamboetjes

Zelfstandig naamwoord

reuzenbamboe m / o [1]

  1. (bloemplanten) Dendrocalamus giganteus   een tot 35 meter hoge plant met tot 30 cm dikke stengels. Bovenaan heeft de plant dunne, afstaande zijtakken. De onderste stengelknopen kunnen vanzelf wortelen. De stengels zijn verhout, hard, glad, meestal dofgroen en dicht opeenstaand. Tussen de stengelknopen zijn de stengels hol. Jonge spruiten zijn spits kegelvormig met driehoekige, aan de rand blauwzwarte bladen
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen