Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·gen·arm
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen regenarm regenarmer regenarmst
verbogen regenarme regenarmere regenarmste
partitief regenarms regenarmers -

Bijvoeglijk naamwoord

regenarm [1]

  1. met weinig regenval; droog
     Het westen van de Verenigde Staten heeft een regenarme winter achter de rug, met weinig sneeuwval. Daardoor is het risico op bosbranden groot. Door de extreme droogte en de harde wind breidt het vuur zich gemakkelijk uit.[2]
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

58 % van de Nederlanders;
57 % van de Vlamingen.[3]


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    kld
    “VS zetten 20.000 brandweerlieden in tegen bosbranden” (16/08/2001), De Standaard
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be