ooit
- ooit
- In de betekenis van ‘bijwoord van tijd: te eniger tijd’ voor het eerst aangetroffen in 1265 [1]
|
|
ooit
- op een zeker tijdstip in het verleden
- Ooit was Flevoland de bodem van de zee.
- ▸ In een oude National Geographic had ik ooit als kind een artikel over deze trail gelezen, 4.286 kilometer door Amerika. Dit heb ik altijd onthouden, maar ik had nooit gedacht dat zo’n lange wandeltocht voor mij weggelegd zou zijn.[2]
- een mogelijk tijdstip in de toekomst
- Zal het ooit vrede worden?
- (figuurlijk) gebruikt om vertwijfeling over iets uit te drukken
- Hoe heeft dit ooit kunnen gebeuren?
- Hou je ooit eens op?
- Wel heb ik ooit!
Uitroep van verbazing of ergernis
1. op een zeker tijdstip in het verleden
2. een mogelijk tijdstip in de toekomst
- Het woord ooit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ooit" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "ooit" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be