ontwerp
- ont·werp
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ontwerp | ontwerpen |
verkleinwoord | ontwerpje | ontwerpjes |
het ontwerp o
- resultaat van het proces van het ontwerpen, soms slechts een schets of concept
- ▸ Hier was geen interior designer aan het werk geweest met een efficiënt, anoniem ontwerp, maar had een overdaad aan geschiedenis een wanhopig zuchtende overdaad aan weelderige sporen achtergelaten.[3]
- ▸ Het ging op de automatische piloot en in minder dan twee minuten stond mijn tent klaar; een lichtgewicht ontwerp van ‘Zpacks’, een klein bedrijf uit Florida.[4]
- decorontwerp, interieurontwerp, regeringsontwerp, schetsontwerp, systeemontwerp, tekstontwerp, voorontwerp, webontwerp, wetsontwerp
- ontwerper, ontwerpmethode, ontwerpmethodologie, ontwerppatroon, ontwerpproces, ontwerpsnelheid, ontwerptekening, ontwerptekst
1.
vervoeging van |
---|
ontwerpen |
ontwerp
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontwerpen
- Ik ontwerp.
- gebiedende wijs van ontwerpen
- Ontwerp!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontwerpen
- Ontwerp je?
- Het woord ontwerp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ontwerp" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ ontwerp op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 17
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be