Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·leed·mes
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ontleedmes ontleedmessen
verkleinwoord ontleedmesje ontleedmesjes

Zelfstandig naamwoord

het ontleedmeso

  1. een klein scherp mes waarmee men een lijkschouwing kan uitvoeren
     maar de pijn was te groot nu, te scherp de trek om zijn mond, scherp als een ontleedmes: hij ging snijden, Bergsma wist wel waar, Bergsma wist.[2]
     Ouders en kinderen keken geïnteresseerd toe hoe het duo met het ontleedmes het roofdier opensneed en organen verwijderde.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Gewassen vlees”   (2014), Em. Querido's Uitgeverij  , ISBN 9789021436173
  3.   Weblink bron “In Deense dierentuin is ontleden van leeuw een educatief uitje (video)” (15 oktober 2015), Reformatorisch Dagblad