• on·der·vra·gen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ondervragen
ondervraagde
ondervroeg
ondervraagd
klasse 6

zwak -d
gemengd

volledig

ondervragen

  1. overgankelijk iemand aan een intensieve reeks vragen onderwerpen
    • De politie ondervroeg de verdachte opnieuw. 
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]