muntgeld
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- munt·geld
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van munt en geld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muntgeld | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het muntgeld o
- een stuk materie, veelal metaal, dat als geld gebruikt wordt, gewoonlijk in de vorm van een rond, plat schijfje
- Het idee dat Alexander enorme hoeveelheden geld in omloop bracht en zo de economie een broodnodige stimulans gaf nadat de Perzen twee eeuwen lang het edelmetaal alleen maar hadden opgepot, is domweg onjuist, omdat lang niet alle buit werd omgezet in muntgeld. [1]
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord muntgeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "muntgeld" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ NRC Jona Lendering 3 maart 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be