minderheidsregering
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: minderheidsregering (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɪndərˌhɛitsrəˌɣerɪŋ / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- min·der·heids·re·ge·ring
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van minderheid zn en regering zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | minderheidsregering | minderheidsregeringen |
verkleinwoord | minderheidsregerinkje | minderheidsregerinkjes |
Zelfstandig naamwoord
het minderheidsregering o
- (politiek) kabinet gevormd vanuit partijen die geen samen geen meerderheid in de volksvertegenwoordiging hebben
- Het minderheidsregering had de steun nodig van een gedoogpartner.
Synoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord minderheidsregering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.