meewerkend voorwerp

  • mee·wer·kend voor·werp

meewerkend voorwerp o

  1. (grammatica) zinsdeel dat de actie van een overgankelijk werkwoord niet rechtstreeks ondergaat, maar daar als ontvanger of doel bij betrokken is
    • Het zinsdeel dat met de woorden "aan" of "voor" kan beginnen, maar dat ook zonder die woorden goed Nederlands is, wordt meewerkend voorwerp genoemd. 
    • Ik vermeld dit voorbeeld meer curiositeitshalve, want het besef van het verschil tussen lijdend en meewerkend voorwerp lijkt te verdwijnen. [3]
  2. (figuurlijk) iemand die een bijdrage levert zonder een hoofdrol te spelen
    • Zijn eigenzinnige, principiële natuur belet hem nu eenmaal meewerkend voorwerp te zijn van de doorsnee clubbestuurder. [4]
  • Het "indirect object" wordt meestal als een synoniem beschouwd, maar het is ook mogelijk dat onder te verdelen in een aantal vormen met het "meewerkend voorwerp" als één daarvan.