• kum·mel
enkelvoud meervoud
naamwoord kummel kummellen
verkleinwoord - -

de kummelm

  1. (kruid) zaad van karwij, Carum carvi  , meestal gebruikt in gemalen vorm
  2. (bloemplanten) (metonymisch) bepaald soort plant, Carum carvi  
  3. (drinken) uit karwij, komijn en venkel bereide likeur
49 % van de Nederlanders;
35 % van de Vlamingen.[4]
  • [1] kummel in het Nederlands Soortenregister N
  • [1] kummel op Wikidata  
  • [1] karwij op "Wilde planten in Nederland en België"


kummel

  1. (straalvinnigen) heek