Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kos·mo·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kosmologie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de kosmologiev

  1. (astronomie) de wetenschap die de globale structuur en de evolutie van het heelal bestudeert
     Volgens Riess en zijn collega's, die hun resultaten publiceren in The Astrophysical Journal, is het dan ook denkbaar dat het huidige standaardmodel van de kosmologie toch niet helemaal klopt.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   “Archief kosmologie van Astronieuws” (2 juni 2016), Astronieuws
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be