kimblok
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kim·blok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kim en blok
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kimblok | kimblokken |
verkleinwoord | kimblokje | kimblokjes |
Zelfstandig naamwoord
het kimblok o
- (scheepvaart) één uit de rij stapelblokken die de kimmen van een schip in een droogdok ondersteunen
- De posities van de kimblokken staan op de tekening.
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'kimblok' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.