kerkbank
- Geluid: kerkbank (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɛrəkˌbɑŋk / (2 of 3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.bɑŋk/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.bɑŋk/
- kerk·bank
- samenstelling van kerk en bank
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerkbank | kerkbanken |
verkleinwoord | kerkbankje | kerkbankjes |
- (religie) een bank in een kerkgebouw waarop een dienst kan worden bijgewoond
- Wat gaat er na de sluiting van de kerk met de kerkbanken gebeuren?
1. een bank in een kerkgebouw waarop een dienst kan worden bijgewoond
- Het woord kerkbank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kerkbank" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be