[1] keizerskroon
 
[2] sierplant keizerskroon
  • kei·zers·kroon
enkelvoud meervoud
naamwoord keizerskroon keizerskronen
verkleinwoord keizerskroontje keizerskroontjes

de keizerskroonv / m

  1. hoofdsieraad van een heerser over koningen
    • De grenzen van het Heilige Romeinse Rijk fluctueerden sterk, en aan het einde van de Middeleeuwen omvatte het grofweg het grondgebied van het huidige Duitsland, Oostenrijk, het oosten van Frankrijk, de noordelijke helft van Italië, Hongarije, Tsjechië, Roemenië, Nederland en België. Officieel werd de keizer gekozen door een aantal Duitse ‘keurvorsten’, maar vanaf 1438 zat de keizerskroon - met een onderbreking in de 18de eeuw - stevig op het hoofd van een lid van het Habsburgse huis. [1] 
  2. huisteken als gevelmerk of uithangteken lijkend op de kroon van een keizer
    • Voor de formule heeft Hoogland hulp ingeroepen van Roland Rozenbroek, die hij kent uit zijn tijd bij de Bilderberg Groep. Rozenbroek werkte onder meer bij Hotel Landgoed Lauswolt en De Keizerskroon in Apeldoorn. [2] 
  3. (plantkunde) sierplant uit Perzië, Fritillaria imperialis  
    • De handel biedt, voor twee tot drie tientjes, ook mollenverjagers, op batterijen en op zonne-energie, die af en toe een toon of een trilling geven die voor mollen storend zou zijn. En zeskantig gaas dat ingegraven kan worden om te voorkomen dat mollen uw tuin binnenkomen. En mollenbollen of keizerskronen (Fritillaria imperialis) die een geur afgeven, die mollen zou weren of verjagen. Ook zijn er zwavelstaafjes die in een mollengang geplaatst moeten worden en na het aansteken ervan een zwaveldamp in het gangenstelsel brengen die mollen verjaagt. [3] 
  1. NRC Rob Hartmans 17 juni 2016
  2. NRC Wubby Luyendijk 12 oktober 2012
  3. NRC Pek van Andel 2 oktober 2009