intercontinentaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ter·con·ti·nen·taal
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen intercontinentaal intercontinentaler intercontinentaalst
verbogen intercontinentale intercontinentalere intercontinentaalste
partitief intercontinentaals intercontinentalers -

Bijvoeglijk naamwoord

intercontinentaal

  1. (verkeer) (communicatie) van een verbinding dat die verschillende continenten met elkaar verbindt
    • Bestuursvoorzitter Bjørn Kjos heeft de gevestigde luchtvaartmaatschappijen de wacht aangezegd. Tot nu toe beperkten Europese budgetmaatschappijen als Easyjet en Ryanair zich tot korte vluchten binnen Europa. Maar nu niet meer. Norwegian Air Shuttle (NAS) gaat vluchten naar New York en Bangkok verzorgen, zo kondigde CEO Kjos gisteren aan. Daarmee wordt de Noorse low cost carrier de eerste Europese budgetmaatschappij met intercontinentale bestemmingen in zijn netwerk.[1] 
    • 'Hub, hub, hoera', klonk het toen op 19 september de nieuwe lijn van Groningen Airport Eelde naar Kopenhagen in gebruik werd genomen. Met de Deense hoofdstad als spil zou de wereld vanaf Eelde binnen handbereik komen en het noodlijdende vliegveld eindelijk een langverwachte vlucht nemen. Van Drenthe naar Singapore of San Francisco - 'Hub, de wereld over'. Maar reisbureau Travel XL uit Borger heeft nog geen intercontinentaal ticket vanaf Eelde verkocht, meldt RTV Drenthe. [2]  
  2. de grenzen van een continent overstijgend
Verwante begrippen
Vertalingen


Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC 17 december 2011
  2. Volkskrant Jurre Van den Berg 15 december 2016