1. Hugo Grillas   (l) en Mamadou Kassé Hanne   (r) tijdens een 400 meter hordeloop in 2013.
  • hor·de·loop
enkelvoud meervoud
naamwoord hordeloop hordelopen
verkleinwoord - -

de hordeloopm

  1. (sport) loopnummer in de atletiek, waarbij men ook over een reeks identieke verplaatsbare hindernissen springt
     Een podiumplaats verdween uit het zicht door een ongelukkige hordeloop en haperingen bij het polsstokhoogspringen, discuswerpen en speerwerpen.[2]
  2. (figuurlijk) ontwikkeling waarbij een reeks problemen moet worden opgelost
     McDonald’s biedt tegenwoordig „verantwoorde” alternatieven. Maar voor ouders met goede bedoelingen blijft het bestellen van een Happy Meal een soort hordeloop, je moet bij elke keuze op je strepen staan.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Henk Stouwdam
    “Het was het allemaal net niet voor Sintnicolaas” (12 augustus 2013) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron
    Martine Kamsma
    “Doen we hysterisch, of niet hysterisch genoeg? : 9. Wat zit er eigenlijk in een Happy Meal?” (18 april 2015) op nrc.nl