• heel·kun·de
enkelvoud meervoud
naamwoord heelkunde -
verkleinwoord - -

de heelkundev

  1. (medisch) de tak van de geneeskunde die met operatie probeert te genezen
    • De heelkunde maakt momenteel een grote ontwikkeling door. 
97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be