Nederlands

 
Een mannelijke grote trap
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • gro·te trap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grote trap grote trappen
verkleinwoord groot trapje grote trapjes

Zelfstandig naamwoord

de grote trapm

  1. (trapachtigen) Otis tarda   een grote vogel uit de familie der trappen (Otididae) die van oorsprong in steppegebieden broedt. In Europa zijn de grootste aantallen te vinden in Spanje. Verder zijn er meerdere geïsoleerde populaties, waaronder in Duitsland, Oostenrijk en Hongarije. In Nederland en België is het een zeer zeldzame dwaalgast
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie