groene appeltakluis

Nederlands

Verschillende stadia van de groene appeltakluis
A=Volwassen vrouwtje
B=Volwassen mannetje
C=Onvolwassen vrouwtje
D=Eierleggend vrouwtje
E=Eitje.

Uitspraak

• Geluid:  groene appeltakluis    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• groe·ne ap·pel·tak·luis

Woordherkomst en -opbouw

• verbinding van  groene  en appeltakluis

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	groene appeltakluis	groene appeltakluizen
verkleinwoord	groen appeltakluisje	groene appeltakluisjes

Zelfstandig naamwoord

de groene appeltakluis v / m

1. (halfvleugeligen) Aphis pomi  een polyfage bladluis die behoort tot de familie van de Aphididae. De luis komt voor op appel, peer, meidoorn, cotoneaster en andere houtige gewassen

Hyperoniemen

• bladluizen, halfvleugeligen, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'groene appeltakluis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.