Bladluizen op het blad van een kerstroos
 
Verschillende stadia van de groene appelluis (Aphis pomi)
A=Volwassen vrouwtje
B=Volwassen mannetje
C=Onvolwassen vrouwtje
D=Eierleggend vrouwtje
E=Eitje.
  • (IPA in voorbereiding)
  • blad·lui·zen
enkelvoud meervoud
naamwoord bladluizen
verkleinwoord

de bladluizenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bladluis
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (halfvleugeligen) Aphidoidea   kleine plantenetende insecten die zich met stekende en zuigende monddelen (stiletten) passief voeden met sappen uit het floëem (net als een aantal verwante superfamilies, zoals 'witte vlieg' bijvoorbeeld superfamilie Aleurodidae). Het floëemsap stroomt door de zeefvaten en staat onder hoge druk. Het wordt door de plant in het voedselkanaal van de bladluis geperst zodra de stiletten een floëemvat aanprikken