godslasterlijk
- gods·las·ter·lijk
- Afgeleid van godslaster met het achtervoegsel -lijk
- samenstelling van god en lasterlijk met het invoegsel -s-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | godslasterlijk | godslasterlijker | godslasterlijkst |
verbogen | godslasterlijke | godslasterlijkere | godslasterlijkste |
partitief | godslasterlijks | godslasterlijkers | - |
godslasterlijk
- lasterlijk ten opzichte van God
- Hij is erg teleurgesteld door jouw godslasterlijke opmerkingen.
1. lasterlijk ten opzichte van God
- Het woord godslasterlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "godslasterlijk" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be