Gloeikous

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gloei·kous
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gloeikous gloeikousen
verkleinwoord gloeikousje gloeikousjes

Zelfstandig naamwoord

de gloeikousv / m )

  1. (techniek) de lichtbron van een geprepareerd weefsel in een gaslamp
    • Het gloeikousje van een benzinevergasser geeft opvallend fel licht. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

66 % van de Nederlanders;
51 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be