frequentiemeter
- fre·quen·tie·me·ter
- samenstelling van frequentie en meter
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | frequentiemeter | frequentiemeters |
verkleinwoord | frequentiemetertje | frequentiemetertjes |
de frequentiemeter m
- (natuurkunde) (elektrotechniek) (elektronica) een instrument om de frequentie van wisselspanningen, uitgedrukt in hertz, te bepalen
- De frequentie is 857758 Hz volgens de frequentiemeter.
1. frequentiemeter
- Het woord 'frequentiemeter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.