farmaceutisch
- far·ma·ceu·tisch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | farmaceutisch | farmaceutischer | |
verbogen | farmaceutische | farmaceutischere | |
partitief | farmaceutisch | farmaceutischers | - |
farmaceutisch
- (medisch) uit de farmacie, met betrekking tot de productie van geneesmiddelen
- "Farmaceutische bedrijven betalen artsen via omweg" [1]
1. uit de farmacie, met betrekking tot de productie van geneesmiddelen
- Het woord farmaceutisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "farmaceutisch" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ www.nu.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be