• ex‧ten‧sion
enkelvoud meervoud
extension extensions

extension

  1. uitbreiding
  2. uitrekking, verlenging
  3. uitgestrektheid
  4. (bouwkunde) aanbouw
  5. (informatica) extensie, plug-in, aanvulling op een bepaald computerprogramma
  6. (informatica) extensie, laatste deel (na een punt) van een bestandsnaam dat het filetype aangeeft
  7. (medisch) extensie, strekking van een lichaamsdeel
  8. (taalkunde) extensie, omvang of verruiming van betekenis
  9. (communicatie) doorkiesnummer
100 % van de Amerikanen;
100 % van de Britten.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be


enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  extension     l'extension     extensions     les extensions  

extension v

  1. uitbreiding
  2. uitrekking
  3. uitgestrektheid
  4. (informatica) extensie, plug-in, aanvulling op een bepaald computerprogramma
  5. (informatica) extensie, laatste deel (na een punt) van een bestandsnaam dat het filetype aangeeft
  6. (medisch) extensie, strekking van een lichaamsdeel
  7. (taalkunde) extensie, omvang of verruiming van betekenis