eucharistie
- Geluid: eucharistie (hulp, bestand)
- eu·cha·ris·tie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘Heilige Sacrament’ voor het eerst aangetroffen in 1669 [1]
- Afkomstig van het Griekse eucharistia (dankzegging), samengesteld uit eu (goed) en charis (uiting van dank, blijdschap of gunst).
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eucharistie | eucharistieën |
verkleinwoord | - | - |
de eucharistie v
- (religie) sacrament, ingesteld tijdens het Laatste Avondmaal, waardoor Jezus' lichaam en bloed en zijn kruisoffer tegenwoordig worden gesteld
- (figuurlijk) eucharistieviering, de kerkelijke eredienst waarin het sacrament van de eucharistie wordt gevierd
1. een rooms-katholiek sacrament dat een voortzetting is van het laatste avondmaal van Christus
- Het woord eucharistie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eucharistie" herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "eucharistie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be