• natt·verd
  • Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord náttverðr (= avondmaaltijd)
  • Samenstelling van de Noorse zelfstandige naamwoorden natt en verd.
Naar frequentie 28962
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   nattverd     nattverden     nattverder     nattverdene  
genitief   nattverds     nattverdens     nattverders     nattverdenes  

nattverd m

  1. (religie) avondmaal, eucharistie


  • natt·verd
  • Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord náttverðr (= avondmaaltijd)
  • Samenstelling van de Nynorske zelfstandige naamwoorden natt en verd.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   nattverd     nattverden     nattverdar     nattverdane  

nattverd m

  1. (religie) avondmaal, eucharistie
  2. (streektaal) avondmaaltijd