Nederlands

 
Een zilveren eetlepel
Uitspraak
Woordafbreking
  • eet·le·pel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eetlepel eetlepels
verkleinwoord eetlepeltje eetlepeltjes

Zelfstandig naamwoord

de eetlepelm

  1. (huishouden) bestek gemaakt van metaal
  2. de hoeveelheid die in een eetlepel past (met een volume van 15 ml)
    • neem twee eetlepels suiker 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be