De eerste twee achtsten vormen een duool, slechts 2 in de tijd van 3 achtsten.
  • du·ool
  • Afgeleid van het Italiaanse duo (twee)
enkelvoud meervoud
naamwoord duool duolen
verkleinwoord duooltje duooltjes

de duoolv / m

  1. (muziek) een tweetal muzieknoten of rusten op een plaats waar het gewone patroon, driedelig is.
    • Als symbool voor de duool hanteert men twee metrische nootsymbolen met de toevoeging “2” of bijv. “2:3”.