detekční

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /dɛtɛktʃɲiː/

Woordafbreking

• de·tek·ční

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord detekce met het achtervoegsel -ční

Bijvoeglijk naamwoord

detekční

1. detectie-; met betrekking tot detecties

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	detekční				detekční
genitief	detekčního		detekční	detekčního	detekčních
datief	detekčnímu		detekční	detekčnímu	detekčním
accusatief	detekčního	detekční			detekční
vocatief	detekční				detekční
locatief	detekčním		detekční	detekčním	detekčních
instrumentalis	detekčním		detekční	detekčním	detekčními

Verwante begrippen

detegovaný detegovat detekovaný detekovat imperfectief

detekovatelný detektiv m detektor m onbezield detektovat

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)