deelnemen
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
deelnemen | deelnemend |
deelname | deelgenomen |
deelneming |
- deel·ne·men
- samenstelling van deel en nemen [1]
- deelnemen aan
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
deelnemen |
nam deel |
deelgenomen |
klasse 4 | volledig |
deelnemen
1. meedoen, meevoelen
|
- Het woord deelnemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "deelnemen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ deelnemen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be