burggraaf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- burg·graaf
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘adellijke titel’ voor het eerst aangetroffen in 1220 [1]
- samenstelling van burg en graaf
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | burggraaf | burggraven |
verkleinwoord | burggraafje | burggraafjes |
Zelfstandig naamwoord
de burggraaf m
- (leenstelsel), (adel) edelman, lager dan een graaf maar hoger dan een baron
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
1. edelman
Gangbaarheid
- Het woord burggraaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "burggraaf" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "burggraaf" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Afrikaans
Uitspraak
Woordafbreking
- burg·graaf
Zelfstandig naamwoord
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | burggraaf | burggrawe |
burggraaf